Inderdaad, het gebeurt wel eens in onze familie dat de kinderen met vuur spelen. En dat vinden we heel erg ok!
Ik hoor je al denken: “Die is knettergek!” Voor hen die mijn blog al wat langer volgen is het zeker geen verrassing dat ik de gebruikelijke opvoedingswijsheden wel eens in vraag durf te stellen. En soms vind ik het gewoon leuk om dingen gewoon anders te doen. Maar met vuur spelen doe ik eigenlijk heel doelbewust. Geef me even de kans het uit te leggen voordat je me als gek afdoet 🙂
Ik durf te wedden dat je al vaak gehoord hebt dat kinderen niet met vuur mogen spelen. Ik heb dat als kind alvast vaak gehoord. En met reden uiteraard, want elk jaar zijn er tal van branden die veroorzaakt worden door kinderen die met vuur spelen. Soms hebben die ook dramatische gevolgen.
Maar laat dat nu net de reden zijn waarom ik het als ouder belangrijk vind om met mijn kinderen met vuur te spelen. Ik leer hen liever zelf enkele basisregels aan dan dat ze op hun eigen beginnen te experimenteren.
“A man who carries a cat by the tail learns something he can learn in no other way.”-Mark Twain
Meestal spelen kinderen met vuur uit nieuwsgierigheid. Als ouder kan je aan je kinderen zeggen niet met vuur te spelen en je kan hen ook uitleggen waarom. Maar de nieuwsgierigheid neem je daarmee niet weg. Dus de kans is groot dat ze op een dag toch zelf met vuur gaan experimenteren. Maar dan doen ze dat in het geniep en zonder toezicht. En dan is een ongeluk snel gebeurd.
Aan jouw natuurlijk de keuze hoe je wil dat jouw kinderen met vuur leren omgaan. Ik besloot alvast hun nieuwsgierigheid aan te pakken!
Door mijn kinderen in een gecontroleerde omgeving te laten experimenteren, laat ik hen vuur ervaren op een relatief veilige manier. Met vuur spelen is dus best wel ok, op voorwaarde dat ik er bij ben. Meestal komt het erop neer dat we een hoop kaarsen op tafel zetten en van start gaan. Een klein ongelukje gebeurt daarbij ook wel eens, maar die verbrande vinger toont hen ook precies aan waarom vuur zo gevaarlijk kan zijn.
Ter voorbereiding leg ik een beschermplaat op tafel zodat er geen vuur of gesmolten was op tafel terecht komt. Ik gebruik daarvoor een plaat van dun hout of stevig plastiek. Ik hou ook een bord bij de hand voor de gebruikte lucifers en een kommetje met water … voor het geval dat. Dan komt de doos met kaarsen uit de kast en maak ik de kamer half donker.
Eenmaal alles klaarstaat, gaan we van start met ons vuurspel. Ik laat hen op verschillende manieren experimenteren en dingen ervaren met vuur en kaarsen:
Lucifers aansteken: Eén voor één laat ik elk van de kinderen een lucifer aansteken. In het begin gaat dat wat moeilijk, maar met een beetje hulp lukt het al snel. En voor de kinderen is dit heel erg spannend. Je krijgt gegarandeerd een paar uitdrukkingen van verbazing en opwinding op hun gezicht te zien.
De lucifers uitblazen: Direct nadat ze geleerd hebben een lucifer aan te steken, leer ik hen ook om ze terug uit te doven. Ik probeer hen aan te leren om niet te panikeren. Ik laat hen daarbij voelen hoe hun vingers warmer worden naarmate de vlam dichterbij komt. Zo weten ze ook dat ze een lucifer niet te lang mogen laten branden.
Hoe een brandende lucifer vasthouden:Â De eerste keer hield Lukas de lucifer meteen naar beneden … met een paniekreactie tot gevolg. Ik toon hen dat als je de vlam naar beneden houdt, de lucifer snel zal opbranden en de kans groot is dat je je verbrandt. Dus oefenen we samen een paar keer om de lucifer mooi met de vlam naar boven vast te houden.
De kaarsen aansteken:Â Nu ze het aansteken en uitdoven van lucifers onder de knie hebben, steken we samen een paar kaarsen aan. Dit laat ons meteen ook toe nog wat meer te oefenen hoe we een brandende lucifer moeten vasthouden.
De kaarsen uitblazen: Van zodra de kaarsen aan zijn, kunnen de kinderen natuurlijk niet wachten om ze terug uit te blazen. Ze zijn dat al gewoon van de vorige verjaardagsfeestjes 🙂 De kaarsen aansteken en terug uitblazen is het stuk dat mijn kinderen steevast het leukst vinden.
De warmte voelen:Â Ik laat hen – terwijl ik naast hen zit – hun hand op verschillende afstanden van de vlam houden. Zo voelen ze de warmte telkens ze dichterbij komen. Het toont hen aan dat ze beter niet te dicht bij de vlam zelf komen. Ik aarzel niet om hen daarbij soms eventjes “te warm” te laten krijgen, zonder hun handen te verbranden. Het is onderdeel van het leerproces.
Kleurenshow:Â We ontdekken samen dat de vlam verschillende kleuren kan hebben. Van blauw tot rood en geel.
Voelen aan de warme was: Op het einde van het spel, als alle kaarsen uit zijn en er geen vuur meer is, doe ik het licht terug aan. Terwijl de was nog zacht is, laat ik hen experimenteren met de gesmolten was op hun vingers. Ze zien hoe de was eerst warm en transparant is en dan op hun vinger stolt en een andere kleur krijgt. Dan bestuderen we samen de kunstwerkjes die ze gemaakt hebben … en dan willen ze prompt opnieuw beginnen 🙂
Wees wel alert, een ongelukje is snel gebeurd, dus als ouder moet je steeds in de buurt zijn en alert blijven. Als ik dit met de kinderen doen, ben ik van de eerste tot de laatste minuut actief betrokken in hun spel.Â
Het gebeurt wel eens tijdens ons vuurspel dat één van de kinderen panikeert en een brandende lucifer op tafel laat vallen. Als je een beschermplaat hebt, wat water en alert blijft, dan is dit geen probleem. Ik probeer ook om dit spel steeds met mijn partner samen te doen. Zo kan één volwassene de boel opkuisen, terwijl de andere toezicht blijft houden op de kinderen. Ik geloof dat grote ongelukken zeer onwaarschijnlijk zijn zolang je dit op een voorbereidde en gecontroleerde manier doet. En ik geloof evenzeer dat de kleine ongelukjes positief bijdragen tot het leerproces van de kinderen.
Recente studies tonen ook aan dat het helpt voor de ontwikkeling van de kinderen als je ze van tijd tot tijd wat – gecontroleerd- risico laat nemen. Op die manier leren ze zelf risico’s beter inschatten in het echte leven.
Hoe denk jij over kinderen en spelen met vuur?